Translations:Discipleship/3/nl: Difference between revisions
PeterDuffy (talk | contribs) (Created page with "(2) Discipel (chela): Het individu verlangt ernaar een verbond aan te gaan met de Meester – om rechtstreeks door de Meester onderwezen te worden, in plaats van alleen door zijn gepubliceerde geschriften. De leerling beantwoordt de roep van de Meester om zijn netten en karmische verwikkelingen en wereldse verlangens achter zich te laten en hem te volgen: ‘Kom laat uw netten achter en ik zal u vissers van mensen maken.’<ref>Matteüs 4:19;...") |
PeterDuffy (talk | contribs) No edit summary |
||
Line 1: | Line 1: | ||
(2) Discipel ([[Special:MyLanguage/chela|chela]]): Het individu verlangt ernaar een verbond aan te gaan met de Meester – om rechtstreeks door de Meester onderwezen te worden, in plaats van alleen door zijn gepubliceerde geschriften. De leerling beantwoordt de roep van de Meester om zijn netten en karmische verwikkelingen en wereldse verlangens achter zich te laten en hem te volgen: ‘Kom laat uw netten achter en ik zal u vissers van mensen maken.’<ref>Matteüs 4:19; Marcus 1:17.</ref> De discipel ontvangt de inwijdingen van de Kosmische Christus in de loop van zijn dienst aan de Meester. Zijn hart, geest en ziel beginnen een grotere liefde te ontvouwen als waardering en dankbaarheid voor de leringen die hij in een voorgaand niveau als student heeft ontvangen. Zijn liefde wordt vertaald in actie als zelfopoffering, onzelfzuchtigheid, dienstbaarheid, en overgave aan de Persoon van de Christus, de Zon achter de Mensenzoon van de Meester; wanneer deze stap versnelt tot het niveau van het ‘aanvaardbare aanbod’, en de chela bezig is met het balanceren van zijn drievoudige vlam en zijn karma, kan hij worden voorgedragen voor de volgende stap. | (2) '''Discipel ([[Special:MyLanguage/chela|chela]])''': Het individu verlangt ernaar een verbond aan te gaan met de Meester – om rechtstreeks door de Meester onderwezen te worden, in plaats van alleen door zijn gepubliceerde geschriften. De leerling beantwoordt de roep van de Meester om zijn netten en karmische verwikkelingen en wereldse verlangens achter zich te laten en hem te volgen: ‘Kom laat uw netten achter en ik zal u vissers van mensen maken.’<ref>Matteüs 4:19; Marcus 1:17.</ref> De discipel ontvangt de inwijdingen van de Kosmische Christus in de loop van zijn dienst aan de Meester. Zijn hart, geest en ziel beginnen een grotere liefde te ontvouwen als waardering en dankbaarheid voor de leringen die hij in een voorgaand niveau als student heeft ontvangen. Zijn liefde wordt vertaald in actie als zelfopoffering, onzelfzuchtigheid, dienstbaarheid, en overgave aan de Persoon van de Christus, de Zon achter de Mensenzoon van de Meester; wanneer deze stap versnelt tot het niveau van het ‘aanvaardbare aanbod’, en de chela bezig is met het balanceren van zijn drievoudige vlam en zijn karma, kan hij worden voorgedragen voor de volgende stap. |
Latest revision as of 14:40, 17 October 2024
(2) Discipel (chela): Het individu verlangt ernaar een verbond aan te gaan met de Meester – om rechtstreeks door de Meester onderwezen te worden, in plaats van alleen door zijn gepubliceerde geschriften. De leerling beantwoordt de roep van de Meester om zijn netten en karmische verwikkelingen en wereldse verlangens achter zich te laten en hem te volgen: ‘Kom laat uw netten achter en ik zal u vissers van mensen maken.’[1] De discipel ontvangt de inwijdingen van de Kosmische Christus in de loop van zijn dienst aan de Meester. Zijn hart, geest en ziel beginnen een grotere liefde te ontvouwen als waardering en dankbaarheid voor de leringen die hij in een voorgaand niveau als student heeft ontvangen. Zijn liefde wordt vertaald in actie als zelfopoffering, onzelfzuchtigheid, dienstbaarheid, en overgave aan de Persoon van de Christus, de Zon achter de Mensenzoon van de Meester; wanneer deze stap versnelt tot het niveau van het ‘aanvaardbare aanbod’, en de chela bezig is met het balanceren van zijn drievoudige vlam en zijn karma, kan hij worden voorgedragen voor de volgende stap.
- ↑ Matteüs 4:19; Marcus 1:17.